Het is half drie vannacht als ik weer achter mijn computer
zit. De dag is zo druk geweest dat ik geen enkele kans zie mijn hoofd leeg te
krijgen. Gedachten komen en gaan. Ik heb afgeleerd ervan in paniek te raken,
maar rustig en relaxt te blijven liggen. Normaal werkt dat prima. Echter de
drukte in mijn hoofd is zo groot, alsof er tientallen muizen rond tippelen, die
elkaar van alles lopen in te fluisteren. Leuke en minder leuke dingen. Muizenissen.
Je kunt ze missen als kiespijn. Schaapjes tellen heeft bij mij nog nooit
gewerkt, maar schrijven maakt mijn hoofd leeg. Ineens zijn al die malende
gedachten verdwenen, zodra het eerste woord op papier wordt gezet. Waarover zal
ik schrijven? Heb ik een idee? Nee, eigenlijk niet. Op dat moment hoor ik de
tingel die aangeeft dat er mail binnenkomt. De dagtekst. Eerst even lezen en ja
hoor, ik weet het al. De engel op mijn schouder geeft de gedachte in; 'dit is
je onderwerp, vertel over hoe wij werken'. Jeetje, is mijn eerste gedachte. Hoe
was het ook alweer. Ik werk toch nauwelijks meer. Bovendien wordt het ook al
beschreven in de dagtekst, hoe jullie werken. Wat heb ik daar aan toe te
voegen? Misschien jouw worstelingen, komt er in mijn hoofd op. "Ja",
zeg ik, dat is een mogelijkheid. Het was een worsteling om te erkennen dat ik
"het" ook had. Daar kon ik niet aan ontkomen. Maar er waren dingen
die ik wilde bepalen, bijvoorbeeld over wat ik perse nóóit wilde horen. Het
riep vragen bij me op. Hoe konden mijn engelen en ik hierin een deal sluiten en
zouden zij zich daar altijd aan houden? Hier kan ik volmondig 'ja' op zeggen.
We zijn er samen uitgekomen. Het is prachtig werk, vooral het praten met
overledenen. Maar goed, we gaan even terug in de tijd.
In de tijd dat Berry en ik pas getrouwd waren ontdekte ik
dat hij helderziende was, het vijfde geslacht. Hij praatte er zelden of nooit
over en ik had het naast me neergelegd. Berry vertelde al snel dat ik die gave
ook had, maar ik wuifde het onmiddellijk weg. Eén gek in de familie is genoeg,
zei ik dan gekscherend. Ik wilde er niets van weten. Als hij klanten kreeg
bracht ik ze een kop koffie als ik thuis was, maakte even een praatje en
daarmee was de kous af. Echter na verloop van jaren ging ik steeds meer dingen
zien, horen en voelen. Deed er niets mee. Ik accepteerde het voor wat het was,
zonder er bij na te denken. Vroeg mezelf wel achteraf vaker af hoe ik aan
bepaalde opmerkingen of antwoorden kwam.
Sinds 1986 was ik werkzaam als parttime buschauffeur. Eerst op de stadsbus,
later fulltime als internationaal buschauffeur - reisleidster. Heerlijk werk
waar ik intens van genoot. Als je om financiële redenen moet werken is het
heerlijk dat je je werk ook met veel plezier doet. Echter na het tweede
hartinfarct van Berry in 1990 ben ik gestopt. Op dat moment zat ik met een
groep mensen in Engeland en had negentien uur nodig om thuis te komen. Voor de
mensen die achterbleven moest eerst van alles geregeld worden, omdat ik met
mijn eigen, lege bus naar huis moest rijden, terwijl mijn groep de andere
morgen door een Engelse bus naar de boot gebracht zouden worden. In Frankrijk
wachtte een collega hen dan op om naar huis te brengen. Natuurlijk is de boot
net vertrokken als jij aan komt en moet je vier uur wachten op de volgende. In
Belgie aangekomen bleef er steeds een agent op de motor naast, voor en achter
me rijden, tot ik er genoeg van kreeg en hem seinde te stoppen. Legde de
situatie uit dat Berry met een hartinfarct was opgenomen en of ik alsjeblieft
harder mocht rijden dan de normale snelheid. Hij had er alle begrip voor en met
120 kon ik heel België doorsjeesen. Hij had het overal doorgegeven. In het
ziekenhuis aangekomen werd ik onmiddellijk bij Berry toegelaten. Hij was al die
tijd onrustig, bang dat mij wat zou overkomen en iedereen was blij en gelukkig
dat ik er eindelijk was. Dit maakte voor mij duidelijk dat ik moest te stoppen.
Berry wilde het niet, maar de angst dat ik misschien te laat zou zijn, was
ondragelijk geweest. Het maakte mij steeds duidelijker dat het een goed besluit
was. In die jaren had je nauwelijks mobiele telefoons, dat je even kon bellen
onderweg. Voor mijn ontslagperiode
inging werd ik erg ziek. Viel in een diep gat en ja hoor, De hel brak los.
Entiteiten kwamen en gingen, gaven boodschappen door die wel klopten, maar ik
werd er helemaal gek van en heel onzeker. Moest ik dit alles nu wel of niet
geloven. Op dat moment greep Berry in. Maus, we schrijven vijf vragen op. Jij
blijft hier zitten, ik ga naar mijn werkkamer en ieder van ons stelt de zelfde
vragen. De antwoorden zullen we vergelijken, dan krijg je eindelijk het bewijs
dat je niet gek bent en ook dat het tijd wordt dit te accepteren en iets met
deze gave te doen.
Op een paar woorden na klopten de antwoorden die we ieder
apart hadden doorgekregen. Ik kon er niet meer omheen. Wat nu? Twee gekken in
de familie? Moest er aan wennen dat dit
een nieuwe opdracht was in mijn leven. Toch stelde ik twee eisen aan hierboven,
voor ik hiermee wilde beginnen. Ik wilde nooit iets horen over ziekte en over
dood. Voor ziekte zijn dokters en over de dood beslist er maar één. Eerlijk is
eerlijk. Zij hierboven hebben zich altijd aan hun woord gehouden. Ik heb er
nooit iets over gehoord, gevoeld of gezien. Wel kon ik een enkele keer
doorkrijgen dat het goed zou zijn als een persoon naar de dokter zou gaan om
zich te laten onderzoeken. Dan had die persoon al iets daarover gevraagd en
voor ik iets kon zeggen kreeg ik dat advies al door.
Toch bleef ik altijd onzeker en na afloop bleef ik me altijd
afvragen of ik het wel goed genoeg had gedaan. Pas als ik met Berry had gepraat
wilde ik aannemen dat ik werkelijk alles had doorgegeven wat ik door kreeg.
Eigenlijk was ik nooit tevreden met mijn engelen. Wilde zo graag zoveel meer
doorgeven dan ik door kreeg. Wilde niet accepteren dat mensen gedoseerd dingen
doorkrijgen van bovenaf. Ik ben alleen het doorgeefluik van hierboven. Zij
bepalen wat de mens tegenover me nodig heeft, niet ik. In de beginjaren, na de
dood van Berry, wilde ik helemaal niets meer doen. Kon het volgens mij niet
alleen. Pas heel langzaam kreeg ik meer zelfvertrouwen en wist ik dat het goed
was, zoals het ging. Toch had ik vaak een steuntje in de rug nodig van Ria,
mijn vriendin uit Groningen, die eigenlijk een stukje taak van Berry overnam op
dit gebied. Zolang ik er zuiver in sta en kan ontvangen krijgen de mensen wat
ze nodig hebben. Wat opvallend was, is dat wanneer ik geestelijk door verdriet
en pijn in de knoei zat, er beslist geen afspraken werden gemaakt. Ook dat
wordt van bovenaf voor je geregeld. De laatste paar jaar heb ik niet veel meer
gewerkt. Het is rustig om me heen. Kreeg steeds meer tijd voor andere leuke
dingen zoals fotograferen, schrijven van verhalen en gedichten, fietsen,
creatieve dingen maken, beeldhouwen etc. Soms vond ik al die dingen leuker om
te doen dan dit werk. Andere keren verheugde ik me er op als er weer iemand
kwam. Het was net of de engelen wisten wanneer ik het een of het ander harder
nodig had. Er zijn tijden geweest, dan kon ik het echt niet. Wanneer er iemand
kwam en ik kreeg niets door, dan stuurde ik ze naar huis met het excuus dat ik
niets kon zien, horen of voelen. Voor mij was maar één ding altijd belangrijk; "Blijf
in dit vak integer en vooral eerlijk tegen jezelf." Wat je niet doorkrijgt
kun je niet vertellen. Ga niet zomaar iets zeggen, dan krijg je de andere
wereld tegen je. Op je gewone werk heb je ook dagen dat je baalt of geen zin hebt.
Zo kan het ook in dit werk zijn. Als jij niet ontvankelijk bent om te
ontvangen, stop dan. Bel je mensen af. Ze hebben er respect en begrip voor als
je eerlijk zegt een slechte dag te hebben. Vaker gebeurde het zelfs dat mensen
zelf al afbelden. Ik ben nooit bang geweest dat mijn talenten afgenomen werden.
Wel dat ik mezelf blokkeerde door onzekerheid. Eigenlijk is dat altijd op de
achtergrond bij mij aanwezig geweest, hoewel ik weet dat ik de beste
begeleiders heb die je maar kunt denken.
Mensen krijgen altijd een CD mee, vroeger was dat een
cassettebandje, van het gesprek. Ze kunnen het thuis dan nog eens op hun gemak
naluisteren. Ik vertrouw op mijn engelen over wat ik doorkrijg van ze. Het is
fijn achteraf te horen dat de mensen veel aan het gesprek hebben gehad. Het is
ook dankbaar werk, altijd geweest. Denk nu niet dat het bijzonder is, want dat
is het niet. Ieder mens heeft die gave in zich. Alleen is het aan jou hoe het
zich ontwikkeld. Vroeg of laat komt het naar buiten bij heel veel mensen. Je
bent geinteresseerd. Gaat er over lezen en je interesse wordt steeds groter of
ebt weg. Bij de een blijft het daarbij, bij de ander gaat de ontwikkeling
verder. Bij weer anderen is totaal geen interesse, zelfs ongeloof. Ook dat mag.
Een mens moet niets, hij mag. Waar ik ook ben en mensen kennen mij, word vaker
om advies gevraagd. Soms zeg ik nee, als ik uit ben. Bij anderen floept het
antwoord er zo uit, zonder nadenken en zonder dat het tot me doordringt. Dat
gebeurt dan bij mensen die het op dat moment hard nodig hebben. Er zijn ook
mensen die bellen waaraan ik zeg dat het niet het moment is om te komen, omdat
ik voel dat zij in de dagen daarna het antwoord vanzelf binnen krijgen.
Grappig, ik was van plan mijn hoofd leeg te maken, niet te
schrijven, alleen door een kopje thee te maken. Nu ben ik anderhalf uur verder.
Zittend achter de computer heb ik inmiddels ijskoude voeten gekregen, die ik
weer met een kruik warm moet zien te krijgen en een verhaal geschreven over
helderziendheid. Ga het niet meer corrigeren of kijken of het wel goed genoeg
is om op mijn blog te zetten. Morgen is er weer een dag. De kamillethee heeft
geholpen, evenals het schrijven om alle muisjes uit mijn hoofd weg te jagen. Ze
zijn weer in hun eigen holletje gekropen om te rusten, iets wat ik nu ook ga
doen. Morgenvroeg ben je de eerste die het lezen kan, wanneer jij dat wilt en
er behoefte aan hebt. Dank je wel engelen voor jullie hulp bij dit verhaal. Uit
mezelf zou ik hier niet opgekomen zijn om over te schrijven. Maus
Dagtekst van donderdag 20 maart 2014.
"Van de mensen die opvallen door hun intellectuele, artistieke, psychische en andere capaciteiten, zegt men dat zij een gave hebben. Wat is een gave? Een spirituele entiteit die bij iemand is binnengedrongen om via deze persoon te werken. Uiteraard zijn er niet veel hersenspecialisten die zullen toegeven dat talenten en capaciteiten entiteiten zijn die de mens bewonen. Dat echter niet zij deze wonderen tot stand brengen, maar anderen via hen, wordt bewezen door het feit dat zij hun gave kunnen verliezen. Dat is velen reeds overkomen: de wanorde waarin zij zich lieten gaan maakte dat zij hun gave verloren, de entiteiten die in hen woonden hebben hen verlaten. Wil je dat hogere entiteiten zich via jou komen uitdrukken onder de vorm van kwaliteiten en talenten? Roep dan het licht, de harmonie en de vrede aan: dit zijn de noodzakelijke voorwaarden om deze entiteiten aan te trekken. Zij zijn aan het wachten, en zien zij iemand die een waardige verblijfplaats voor hen heeft
kunnen voorbereiden, met hoeveel vreugde dringen zij dan in hem binnen om hem te verrijken en mooier te maken en ook anderen via hem te verrijken en mooier te maken!"
Omraam Mikhaël Aïvanhov
Geen opmerkingen:
Een reactie posten